Gerard van Mook heeft een oranje hart




Van kinds af aan is Gerard van Mook (60) al verbonden aan VV Alem. Maar liefst twintig jaar speelde hij in het eerste team, hij was trainer en momenteel vervult de vrijwilliger de bestuursfunctie van secretaris met veel plezier.


Gerard van Mook, zittend 2e van rechts (kampioenselftal seizoen 1981/1982)


Gerard van Mook is wat je noemt een typische clubman. Iemand die klaarstaat voor zijn vereniging als er werk moet worden verzet. Gedurende het voetbalseizoen is hij altijd oproepbaar voor een klus, maar ook in de voetballoze zomer zit hij niet stil. “Met een gouden groep mensen hebben we de hele kantine van Alem een grote opknapbeurt gegeven, zodat we met zijn allen lekker fris het nieuwe voetbalseizoen konden startten”, zegt Van Mook. “Ik kan ervan genieten om al het volk over ons sportpark te zien dartelen, van jong tot oud. Dat maakt het verenigingsleven mooi.”


Gerard van Mook


Zelf loopt hij al een behoorlijk tijdje rond over de velden van de dorpsclub. Maar liefst twintig jaar speelde Van Mook als rechtsbuiten of middenvelder in het eerste team. Vanaf zijn veertiende jaar balde hij mee met de ‘grote mannen’ en uiteindelijk werd hij er zelf eentje in het team van oranjehemden. “Ik heb hele mooie dingen meegemaakt met het team”, blikt Van Mook terug. “Een paar keer zijn we gepromoveerd en speelden we heroïsche wedstrijden. Als team gingen we voor elkaar door het vuur en streden we voor de club.”

Van Mook deed dit persoonlijk altijd op een nette manier en dat moest ook wel. Als speler was hij namelijk gelijktijdig ook bestuurslid van Alem en dus had hij al snel een voorbeeldfunctie in het veld. Toen hij op zijn 34e afscheid nam bij het eerste team, werd hij direct voorzitter van de club. “Dat ben ik zes jaar gebleven. Bovendien ben ik ook leider van verschillende jeugdteams, van het vrouwenteam en van enkele jeugdteams geweest.”

Op een gegeven moment hield het vrijwilligerswerk van Van Mook bij Alem op: hij had even andere prioriteiten en was ook een tijd actief bij andere verenigingen in de buurt. “Maar daar wisten ze ook dat ik een oranje hart heb hoor”, benadrukt de voormalige rechterspits. “Ondanks dat ik even weg was, ben ik altijd trouw lid gebleven van Alem.
Het is altijd mijn club geweest en dat zal ook altijd zo blijven.”

Precies om die reden besloot hij terug te keren bij zijn oude liefde in een bestuurdersrol.
Als secretaris vindt hij het vooral leuk om met iedereen binnen de club veel contact te hebben. “Je doet je eigen ding en bent ook continu onder de mensen. Het is heerlijk om een praatje met elkaar te maken en een potje voetbal te kijken.” Alem is geen grote club en qua jeugdopleiding werkt het dan ook samen met DSC en RKVSC. “Dat moet wel, daar is niets mis mee”, vindt Van Mook. Wel is hij blij dat Alem ook nog zelfstandige jeugdteams heeft. “De club behoudt hierdoor wel haar eigen identiteit en dat is belangrijk. “Veel kleine verenigingen hebben het moeilijk deze tijd, maar we blijven gewoon stabiel qua ledenaantal. Het is al erg lang geleden dat ik als kleine jongen speelde in het shirt van Alem. Sindsdien is er veel veranderd, maar ik ben blij dat er kinderen dat mooie oranje shirt dragen en dat het Alem-virus nog altijd van generatie op generatie wordt doorgegeven.”



© Voetbaljournaal